Theorie
- Als een persoon wordt aangesproken, dan is het niet gebruikelijk daar een bezittelijk voornaamwoord voor te zetten. Tegen een vriend zeg je in het Spaans doorgaans dus niet: luister, mijn vriend (escucha, mi amigo), maar luister, vriend (escucha, amigo). Het kan echter wel voorkomen dat het bezittelijk voornaamwoord toch gebruikt wordt.
- Voor de mijne en van mij wordt het rijtje losse bezittelijke voornaamwoorden gebruikt, het rechter rijtje uit les 9: mío, tuyo, enz: dat is niet van mij --> no es mío.
- In informele taal worden rangtelwoorden vanaf undécimo (elfde) doorgaans niet gebruikt. In plaats daarvan wordt het hoofdtelwoord gebruikt, soms in combinatie met número(nummer): 'het twaalfde boek' --> 'el duodécimo libro', maar informeel 'el libro número doce'.
- Getallen bij eeuwen en vorstennamen worden in Romeinse cijfers geschreven: 'de 21e eeuw' --> 'el siglo XXI' / 'Alfons XIII' --> 'Alfonso XIII' (koning van Spanje 1886-1931).
- Ook onder de elf worden gemakkelijk hoofdtelwoorden als rangtelwoord gebruikt: '5 juni' --> 'el quinto de junio', maar ook 'el cinco de junio'.
- Het werkwoord poder (kunnen) diftongeert. Daarnaast heeft het een onregelmatige verleden tijd indef en valt de eweg bij de toekomende tijd. De rijtjes waarbij afwijkingen zijn:
- Tegenwoordige tijd: puedo, puedes, puede, podemos, podéis, pueden
- Verleden tijd indef: pude, pudiste, pudo, pudimos, pudisteis, pudieron
- Toekomende tijd: podré, podrás, podrá, podremos, podréis, podrán
 
Geluidsopname 38, bevat deze vervoegingen.
Idioom
| Christelijke feesten:Kerst = Navidad Goede Vrijdag = Viernes Santo Pasen = Pascua Hemelvaart = Ascensión Pinksteren = Pentecostés Werkwoorden:luisteren = escuchar kunnen = poder (ue) Andere woorden:het nummer = el número het boek = el libro de eeuw = el siglo | Menselijk lichaam:de keel = la garganta de slokdarm = el esófago de maag = el estómago de darm = el intestino de lever = el hígado de nier = el riñón de galblaas = la vesícula biliar de long = el pulmón de tepel = el pezón de rib = la costilla de navel = el ombligo de spier = el músculo de pees = el tendón het hart = el corazón de blaas = la vejiga de schaamstreek = el pubis de rugwervel = la vértebra de kaak = la quijada de tand = el diente de kies = la muela | 
Geluidsopname 39, bevat deze woordenlijst.
 
			


